Gebruiksaanwijzing
RS9044
70cm
Transceiver
Toetsen overzicht:
Hoofdfuncties:
Toetsen: Functie:
0 1 2
3 4 5 6 7 8 9 Kanaal,
frequentie of getal ingeven
* Scannen
# Reverse
shift
C Ga
naar aanroep kanaal
M/V Schakel
tussen VFO en geheugen
TS Activeer
toon squelch (DTSS / 5-toon)
F Kies
tweede funktie van volgende toets
Tweede functie:
Toetsen: Functie:
1 Zendvermogen
instellen
2 Squelch
nivo instellen
3 CTCSS
instellen
4 Naar
MENU
5 Naar
status menu
6 Naam
van geheugen kanalen tonen
8 Raster
instellen
9 VOX
aan/uit
* Geheugen
kanaal niet mee scannen
0 Oproepen
# Shift
+ / - / uit
TS Toon-squelch
code instellen
C Wis
aanroep kanaal
M/V Wis
geheugen kanaal
Bij het aanzetten van de transceiver wordt op de bovenste regel van het display het kanaal of frequentie waarop de transceiver ingesteld staat weergegeven. De onderste regel geeft zowel de AF sterkte als de RF sterkte weer. Dit wordt de ruststand genoemd. Bij het ontvangen van een tooncode wordt de code ca. 1 seconde op de onderste regel zichtbaar.
Om de tweede functie van een toets te activeren drukt men op de F toets. Nu verschijnt er de tekst Kies functie. Nu wordt de tweede functie van de eerst volgende ingedrukte toets geactiveerd. Om weer terug te gaan naar de ruststand dient men nogmaals op F te drukken.
De toetsen kunnen vanaf software versie 2.0 vergrendeld worden door vanuit de rust stand de F knop ingedrukt te houden. Om te ontgrendelen moet de F knop tegelijk met SCAN ingedrukt worden.
1 Frequentie kiezen
De transceiver kent drie frequentie modi, m.b.v. de M/V knop kan gekozen worden tussen VCO en Memory. De derde mode is het oproepkanaal, deze is aan of uit te zetten met de A toets.
-
VCO mode
In de VCO mode kunnen alle willekeurige frequenties, op de gekozen kanaal-afstand (4) ingetoetst worden met de cijfer toetsen. De transceiver rondt dan de frequentie af op een geldige waarde. Wil men 435.012.500 kiezen, bij een kanaalafstand van 12,5kHz dient men 501 in te toetsen:
Is in dit geval de kanaalafstand 25kHz, zal de
transceiver bij het intoetsen van 501 naar beneden afronden en uitkomen op
435.000.000.
Voor het stap-voor-stap doorlopen van de frequenties kan ook de draaiknop (rotary encoder) gebruikt worden. Iedere tik rechtsom verhoogt de frequentie met 1 kanaal en linksom verlaagt 1 kanaal.
-
Memory mode
Vanuit de VCO mode
kunnen maximaal 100 voorkeur-frequenties opgeslagen worden in het geheugen (5).
M.b.v de memory mode kunnen deze voorkeur-frequenties gekozen worden. In deze
mode is het mogelijk een naam toe te kennen aan het kanaal. De kanalen kunnen
gekozen worden met de draaiknop en de toetsen. Als aan het ingetoetste kanaal
geen frequentie toegekend is, geeft de transceiver een fout-piep en negeert het
ingegeven nummer.
-
Aanroep kanaal mode
Als aan het aanroep-kanaal een bepaalde frequentie toegekend is (6), kan hiermee snel naar deze frequentie geschakeld worden. Het voordeel hiervan is dat deze frequentie met een druk op de A knop gekozen kan worden.
2 CTCSS instellen
Het kan hinderlijk zijn dat elke willekeurige zender op een ontvanger te horen is.
Sommige ontvangers gebruiken daarom CTCSS, zodat alleen de zenders die een constante lage toon van een specifieke frequentie meezenden met de spraak door de squelch van de ontvanger komen.
De frequentie van deze lage toon is als volgt in te stellen:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 3 (CTCSS: ** )
De frequentie is in te stellen d.m.v. de draaiknop en de toetsen 0 en REV. De laagste frequentie is 67Hz en de hoogste 250.3Hz, hier tussen staat Geen om de CTCSS uit te schakelen.
3 Toon squelch
Soms heeft het tegenstation een toon-code nodig voordat de squelch geopend wordt. Bij DTSS bijvoorbeeld worden een aantal DTMF toontjes verzonden.
Activeren:
De toonsquelch kan geactiveerd worden met de TS toets, in dit geval gaat het BLOCK ledje branden. De transceiver zendt aan het begin van elke doorgang de ingestelde code mee.
Instellen:
Deze code kan als volgt ingesteld worden:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op TS (TS: )
De getallen van de code op dezelfde manier ingegeven worden als bij de tekst. (Zie 1.10)
Onder 1 staan de DTMF cijfers, dit is te herkennen aan de streep boven het getal en onder 2 staan 5-toon piepjes volgens de ZVEI-norm. M.b.v. de draaiknop moet het gewenste cijfer boven de cursor geplaatst worden.
4 Kanaalafstand kiezen
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 8 (Raster: ** )
Nu kan m.b.v. de draaiknop en de toetsen 0 en REV de gewenste kanaalafstand gekozen worden. Bevestig met een willekeurige andere toets.
5 Opslaan van voorkeur frequenties
Er kunnen 100 voorkeur kanalen voorgeprogrammeerd worden. Het opslaan van een kanaal gaat als volgt:
Display:
- Ga naar de VCO stand (knop 'M/V'). (43*.***.*** )
- Kies de betreffende frequentie en stel
eventueel SHIFT en CTCSS in.
- Druk op 'F'. ( Kies
Functie )
- Druk op 'M/V'. (Opslaan in: xx)
- Kies een nummer met draaiknop of toetsen.
Als er een pijl voor het nummer staat, is
dit nummer al toegekend aan een andere (Opslaan in: >xx)
frequentie, deze wordt dan vervangen.
- Druk op 'F'
- Geef het kanaal eventueel een naam. (Naam: )
Zie voor tekst ingeven §10.
- Druk nogmaals op 'F'. ( Verwerken )
Zie §7 om de naamweergave aan of uit te schakalen.
6 Opslaan van de aanroepfrequentie
Het kan makkelijk zijn de meest gebruikte frequentie met een druk op de 'A' knop te voorschijn te kunnen halen. Deze frequentie moet dan als volgt geprogrammeerd worden:
Display:
- Ga naar de VCO stand (knop 'M/V'). (43*.***.*** )
- Kies de betreffende frequentie en stel
eventueel SHIFT en CTCSS in.
- Druk op 'F'. ( Kies
Functie )
- Druk op 'A'. (Aanroep freq? )
- Druk op 'F'
- Geef het kanaal eventueel een naam. (Naam: )
Zie voor tekst ingeven §10.
- Druk nogmaals op 'F'. ( Verwerken )
Zie §7 om de naamweergave aan of uit te schakalen.
7 Naamweergave inschakelen
Aan geheugen kanalen kan een naam toegekend worden, de weergave van de naam kan als volgt aan en uitgeschakeld worden:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 6
8 Wissen van een geheugen kanaal
Display:
- Ga naar de MEM stand (knop 'M/V') (** ****** )
- Kies het te wissen kanaal
- Druk op 'F' ( Kies functie )
- Druk op 'M/V' (Kanaal wissen?)
- Druk op 'F' ( Verwerken )
9 Wissen van de aanroep frequentie
Display:
- Ga naar de aanroep frequentie (knop 'A') (A ****** )
- Druk op 'F' ( Kies functie )
- Druk op 'A' (Aanroep wissen?)
- Druk op 'F' ( Verwerken )
10 Ingeven van tekst
Er zijn een aantal toepassingen waarbij tekst ingeven mogelijk is, wegens gebrek aan toetsen gaat dit wat lastig.
Het streepje onder de tekstregel (cursor) geeft aan welk teken vervangen of verwijderd kan worden. De cursor is te verschuiven met de draaiknop.
Er zijn 224 tekens mogelijk, hiervoor zijn de toetsen 1-7, dit betekend dus 224:7 = 32 tekens per toets. Door een van deze toetsen ingedrukt te houden, kan met de draaiknop het gewenste teken boven de cursor gezet worden.
De toets 8 is voor het verwijderen van een teken, de tekst schuift dan terug, als de DEL toets in een tekstverwerker. De toets 9 is voor het invoegen van een spatie.
Geef na afloop een bevestiging met de F
11 Scannen
De transceiver kan scannen in zowel Memory mode als in VFO mode:
Voor het scannen van alle frequenties:
- Ga naar de VFO mode met de knop M/V
- Druk op knop SCAN
Voor het scannen van geheugen kanalen:
- Ga naar de memory mode met de knop M/V
- Druk op knop SCAN
Druk op een willekeurige toets om het scannen te stoppen. Tijdens het scannen gaat het ledje NMT branden.
12 Bepaalde kanalen niet mee
scannen
Het is mogelijk om bepaalde geheugen kanalen over te slaan tijdens het scannen.
Display:
- Ga naar de memory mode met de knop M/V (** 43*** )
- Kies het betreffende kanaal
- Druk op F ( Kies
Functie )
- Druk op SCAN
Het kruisje achter het kanaalnummer geeft aan dat de transceiver het kanaal overslaat tijdens het scannen.
Om dit ongedaan te maken moeten dezelfde handelingen verricht worden. Het kruisje zal dan verdwijnen.
13 VOX inschakelen
De VOX kan als volgt aan en uit geschakeld worden:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 9
Als de VOX ingeschakeld is, brand het XO ledje.
14 Zendvermogen
Het zendvermogen is afhankelijk van de volgende punten:
- De waarde, ingesteld in de software
- De potmeter op het front
- Antenne aanpassing
-
Temperatuur
Vermogen indstellen in de software:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 1
Het vermogen is nu in te stellen d.m.v. de draaiknop en de toetsen 0 en REV.
Bevestigd met een willekeurige andere toets.
Het werkelijke vermogen is de kleinste van de potmeter waarde en de in de software ingestelde waarde. Dus om met de software maximaal vermogen te kunnen halen, moet de potmeter ook op maximaal staan. De transceiver regelt in vermogen terug als de VSWR slechter wordt of als de temperatuur meer dan 65 C wordt, in dit geval verschijnt er in het status menu een uitroepteken bij de vermogen uitlezing. Mocht de VSWR dusdanig slecht worden dat er niet meer mee gewerkt kan worden, licht het rode TX ledje op.
15 Inschakelen van de repeater-shift
De grootte van de shift staat
standaard ingesteld op 1.6MHz, dit is te wijzigen in het MENU (Zie §18).
Het in- en uitschakelen van de shift gaat als
volgt:
Display:
- Druk op 'F' ( Kies functie )
-
Druk op 'REV'
Drie toestanden zijn mogelijk:
-
Shift staat uit (43*.***.*** )
-
Shift negatief (Zendfrequentie 1.6MHz lager) (43*.***.*** -S)
-
Shift positief (Zendfrequentie 1.6MHz hoger) (43*.***.*** +S)
16 Reverse shift
De reverse shift is bedoeld om tijdelijk te ontvangen op de
zendfrequentie en andersom. Hiermee kan de ingang van een repeater beluisterd
worden.
De reverse shift is
in- en uit te schakelen door alleen op REV
te drukken, zonder
eerst op F te
drukken. Als de reverse shift ingeschakeld is, wordt de S in het display
vervangen door een R.
17 Squelch nivo
instellen
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 2
Het squelch nivo is nu in te stellen d.m.v. de draaiknop en de toetsen 0 en REV.
De squelch reageert op het
ruisnivo van het ontvangen signaal, dit betekend dat de squelch ook geopend
wordt voor zwakke stations die met weinig ruis binnen komen. Voor lokaal
ontvangst moet het squelch nivo tussen 2/3 en maximaal ingesteld worden,
in dit geval reageert de squelch
zowel op het ruisnivo als op de signaal sterkte.
Het blijkt dat er tussen transceivers onderling een groot verschil is in de grens van de squelch. Vanaf versie 1.3 kan de software-squelch met de squelch potmeter links gecalibreerd worden. Het meest fraaie is om de grens zσ in te stellen, dat het balkje van de software squelch op 1/4 ΰ 1/3 van links is ingesteld.
18 Het MENU
Wegens gebrek aan knoppen zijn de
minst gebruikte functies en instellingen in een menu ondergebracht. In het menu
kan d.m.v. de draaiknop en de
toetsen 0 en REV tussen de verschillende items
gekozen worden.
De items kunnen gewijzigd worden door op 'F' te drukken. In dit geval licht het
ledje 'SR' op.
De items waabij een getal of tekst ingesteld moet worden kunnen eveneens gewijzigd worden met de
'F' toets, maar moeten bevestigd worden door op een ongebruikte toets, of op de 'F' toets te drukken.
Het menu is als volgt te
benaderen:
- Druk op 'F' ( Kies functie )
-
Druk op '4' (xxxxxxx
MENU)
Om het menu overzichtelijk te
houden zijn de items vanaf versie 1.3 onder submenu's verdeeld. De submenus staan
in het hoofdmenu, druk op 'F' om
deze te doorlopen. Voor
de submenu's geldt hetzelfde als
het hoofdmenu, afsluiten met een ongebruikte
toets.
De menu items zijn als volgt: De
mogelijkheden:
-
Shift ******
kHz
Dit is de grootte van de repeater-shift.
De waarde is in
te stellen met de cijfertoetsen en de
draaiknop.
-
Duplex Uit
/
Maakt gelijktijdig zenden en ontvangen
mogelijk, mits Aan
/
de shift groter is dan MHz. Bij 'Repeat' wordt
de zender Aan
(repeat)
ingeschakeld als er een signaal ontvangen
wordt.
-
TX
bij SQ Mogelijk
/
Bij 'onmogelijk'
kan de zender niet ingeschakeld worden Onmogelijk
als er een signaal ontvangen wordt.
Dit geldt niet als duplex aan staat.
-
TX
STOP ****
sec
Dit is de maximale zendtijd per doorgang,
De waarde is
in te stellen met de cijfertoetsen en de
draaiknop. 0 = geen.
-
Bereik 430-440
/
VCO bereik. 400-500
-
RF
uit Uit
/
Dit is de test-uitgang op de SUB-D
aansluiting. Aan
-
Scan
mode Wacht
op rust/
Geeft aan wat de transceiver doet tijdens
het Wacht
even /
scannen. Scan tot busy
- Scan mode Draaggolf
/
Bij 'draaggolf' kijkt de transceiver
naar signaal sterkte, Squelch
dit is sneller. 'Squelch' is beter voor
zwakke signalen.
-
Audio Submenu ΰ
- Compandors Uit
/
Het audio signaal kan door dynamiek
companders Aan
gestuurd worden. Voor de ontvanger is dit een
expander en voor de zender een compressor.
- Audio-uit Normaal
/
De LF ingang kan naar de zender of naar Doorschakelen
de LF uitgang geschakeld worden.
- Onderdruk Tonen>500Hz
/
Pieptonen onderdrukken. Tijdens het onderdrukken Alleen 1750Hz/
gaat het ledje L.BLOCK branden. Nooit
- Piep Aan
/
Toetsenbord piep. Uit
- Rogerpiep ***Hz
Hier is de toonhoogte van de rogerpiep in
te stellen Uit
Door deze op 0 te zetten is de rogerpiep
uitgeschakeld.
- Rogerpiep *** mS
Dit is de lengte van de rogerpiep. De waarde is in
te stellen met de cijfertoetsen en de draaiknop.
- DTMF tonen *** mS
Dit is de lengte van een DTMF toon. De waarde is in
te stellen met de cijfertoetsen en de draaiknop.
- ZVEI tonen *** mS
Dit is de lengte van een ZVEI toon, gebruikt voor
5-toon oproep. De
waarde is in te stellen met de
cijfertoetsen en de draaiknop.
- TX burst ***Hz
Door de PTT toets 2 keer kort in te drukken kan een Uit
toonburst meegezonden worden. De
frequentie is te
veranderen of
uit te schakelen.
-
Callgever Submenu ΰ
- Callgever Aan
/
De transceiver kan een regel tekst in morse meezenden. Aan
(houd TX)
Bij 'houd TX' blijft de zender aan tot de regel af is.
Uit
- Na oproep Uit /
De call kan gegeven worden direct
na 5-toon. Aan
- Call <tekst>
Hier kan de te verzenden regel tijdens normale
doorgang ingegeven worden. Zie 1.5.
- Baken ****
sec
De transceiver kan elke *** seconden een
regel seinen.
De waarde is in te stellen met de
cijfertoetsen en de
draaiknop. 0 =
geen.
- Baken Call <tekst>
Hier kan de te verzenden regel voor het baken
ingegeven worden. Zie 1.5.
- Callgever Volume: ***
De geluidssterkte van de callgever (1-8)
De waarde is in te stellen met de draaiknop.
- Callgever Snelheid: ***
Dit is de snelheid van de morse (0-15).
De waarde is in
te stellen met de draaiknop.
- Callgever Alleen
TX /
De callgever kan ook op de luidspreker hoorbaar TX & AF uit
gemaakt worden
- Callgever Na TX: *** sec
De callgever wordt *** seconden na het inschakelen
van de zender actief. De waarde is in te
stellen met de
cijfertoetsen en de draaiknop
-
Callgever Elke: *** sec
De callgever wordt elke ***
seconden actief.
De waarde is in te stellen met de cijfertoetsen en de
draaiknop.
- Callgever Reset: *** sec
De callgever wordt opnieuw actief als de zender
langer dan *** seconden uit de ether is.
- Callgever Na
doorgang /
In de repeater mode kan de transceiver enigszins Stipt op tijd
rekening houden
met de timing. Voorwaarde blijft
dat de callgever
minimaal 1 keer binnen de inge-
stelde tijd
gegeven wordt.
-
VOX Submenu ΰ
- VOX Normaal
/
Bij "LF verschil' wordt het ontvanger LF van het
LF verschil
ingangs signaal afgetrokken, om te verhinderen dat de
zender ingeschakeld wordt op het ontvangersignaal.
- VOX Grens: *** V
Dit is het nivo van het ingangssignaal waarop de
VOX actief
wordt. De waarde is in te stellen met
de draaiknop
- VOX Aan na: *** mS
Als het ingangssignaal ***
miliseconde boven de
grenswaarde komt, wordt de zender ingeschakeld.
- VOX Uit na: *** mS
Als het ingangssignaal *** miliseconde
onder de
grenswaarde komt, wordt de
zender uitgeschakeld.
- Gebruiker Submenu ΰ
- LCD licht Uit na: *** S
De verlichting
gaat *** seconde na de laatste
handeling
automatisch uit.
- Mijn nummer ***
Dit is de persoonlijke tooncode van de
gebruiker. De
transciever
geeft alarm bij ontvangst van deze code.
- Antwoord ***
Bij ontvangst
van de persoonlijke code kan deze
code
teruggestuurd worden.
- Beantwoord Wel /
Dit is het
beantwoorden van de persoonlijke code . Niet
-
Meter Strepen
/
Dit betreft de S-meter Punten
- Tooncode Weergeven /
Het weergeven van de 5-toon kan
geblokkeerd worden Niet in beeld
- Toon sql ***mS
Bij toon squelch blijft de squelch *** seconde open
na ontvangst van een geldige toon.
- Draaiknop Versnel: *
Dit is de acceleratie van de draaiknop. De waarde is in
te stellen met de cijfertoetsen en de draaiknop.
- Toetsen Herhalen
/
Als een toets langdurig wordt ingedrukt, kan deze Eenmalig
automatisch worden herhaald.
- Instelling Bijwerken
/
Bij 'bijwerken' worden bij het uitschakelen alle instel- Vast
lingen
opgeslagen. Bij 'vast' kunnen de instellingen
met de hand
opgeslagen worden m.b.v. het volgende
menu item.
Tijdens het inschakelen van de
transceiver
worden de laatst opgeslagen instellingen
gehandeerd.
- Instelling Opslaan
Hier kunnen de instellingen worden opgeslagen.
- PLL Fref **.***.000kHz
Hier moet de referentie frequentie voor de PLL
opgegeven worden. De
waarde is in te stellen met de
cijfertoetsen en
de draaiknop.
- Offset (1) 5.00kHz > *
Bij een slechte referentie oscillator kan de transceiver
naast de frequentie komen. De frequentie kan een *
aantal kanalen verschoven worden, voor de rasters
5, 10, 15 en 20kHz is dit 5kHz per kanaal.
-
Offset
(1) 6.25kHz > *
Bij een slechte referentie oscillator kan de transceiver
naast de frequentie komen. De frequentie kan een *
aantal kanalen verschoven worden, , voor de rasters
6.25, 12.5, 18.75 en 25kHz is dit 6.25kHz per kanaal.
- TX Pulling Aan /
De VCO van de zender kan bij ontvangst op een andere Uit
frequentie gezet worden. Zet deze optie aan als de
zender te horen is bij ontvangst.
-
<Language> Nederlands
Hier zijn
3 talen te selecteren English
Deutsch
- Repeater Submenu ΰ
- Repeater Uit na: *** sec
Als bij duplex 'repeat'
gekozen is, is dit de afvaltijd.
-
SQ Roger Na: ***mS
In repeatermode kan de set een piep geven
als de
squelch ***mS dicht is geweest.
- SQ Roger ***Hz
Hier is de toonhoogte van de
squelch-rogerpiep in te Uit
stellen. Door
deze op 0 te zetten is de rogerpiep
uitgeschakeld.
- SQ Roger *** mS
Dit is de lengte van de rogerpiep. De waarde is in
te stellen met de cijfertoetsen en de draaiknop.
- CTCSS RX Toon: ***Hz
Vanaf versie 2.2 is aansturing voor een CTCSS
decoder mogelijk, hier is de gewenste toon in te
stellen.
- Status Diagnose
Als een van de rode fout-ledjes brand (RX/TX), kan
hier het probleem opgevraagd worden door op F te
drukken.
19 Status menu
In het status menu zijn een
aantal meetwaarden uit te lezen.
D.m.v.de draaiknop
en de toetsen 0 en REV zijn de meetwaarden te doorlopen,
bij andere toets verlaat de transceiver het status menu. In dit menu kan niets ingesteld worden.
Het status menu is als volgt te benaderen:
Display:
- Druk op 'F' ( Kies functie )
-
Druk op '5' (******
MENU)
De volgende meetwaarden zijn uit te lezen:
- Temp ***
C
Temperatuur v/d eindtrap
-
Voeding 1 **
V **
V
Dit zijn de 5 V en de 10 V
voedingsspanningen.
- Voeding 2 ** V ** V
Dit zijn de 14V en de 24V voedingsspanningen
- RX VCO sp **
V
De regelspanning uit de ontvanger PLL.
- RX lokaal ** V ** V
Links is de signaalsterkte van de lokale oscillator
Rechts is het nivo na versterking, op de mixer.
- RX signaal ** dB
Dit is de signaalsterkte v/h RF signaal.
- RX
S/N
** dB
Dit is de singaal/ruis verhouding van het LF signaal
van de ontvanger.
- AFC - -------|----- +
Hier kan het verschil tussen ontvanger frequentie en
de frequentie van het tegenstation bepaald worden.
Het midden is 0, per streepje 1kHz.
- RX LF ** V ** V
Links is het LF-nivo direct uit de discriminator
Rechts is het LF-nivo op de LF-uitgang.
- TX VCO sp
** V
De regelspanning uit de zender PLL
- RX driver ** V **
W
Links is de signaalsterkte van de zender oscillator
Rechts is het uitgangsvermogen van de stuurtrap.
- Eindtrap ** W ** W
Links is het uitgangsvermogen van de eindtrap
Rechts is het gereflecteerde vermogen van de antenne..
- TX LF ** V ** V
Links is het LF-nivo op de LF ingang
Rechts is het LF-nivo op de modulator.
- -SUB-D P3 ** V
Spanningsnivo op Pen 3 van de SUB-D op de
achterkant. Deze aansluiting is niet gebruikt.
- -AFCB ** V
Enkele transceivers beschikken over twee ontvangers,
dit is de AFC spanning van de tweede ontvanger.
- -LOB ** V
Dit is het ingangsnivo van de mixer van de tweede
ontvanger.
- RX toon ** Hz
Als er een signaal wordt ontvangen, wordt hier de
frequentie van het LF signaal weergegeven. Bij een
periodiek signaal komt er een pijltje voor het getal.
- ZVEI buff ***
Dit is de buffer waar de 5-TOON wordt
gedecodeerd
- ZVEI RX ***
Hier staat de laatst geldige ontvangen ZVEI code
20 Oproepen
In de transceiver kunnen 10 verschillende toon-codes opgeslagen worden, zowel 5-toon als DTMF. Hiermee kunnen andere stations opgeroepen worden.
Oproepen:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 0 (Oproepen:
)
- Kies het op te roepen nummer met de cijfertoetsen
of de draaiknop.
-
Druk op #
Instellen van codes:
Display:
- Druk op F ( Kies Functie )
- Druk op 0 (Oproepen:
)
- Kies het op te roepen nummer met de cijfertoetsen
of de draaiknop.
-
Druk op F (Naam: )
- Geef de naam in, zie 1.10
- Druk op F voor bevestigen (Nr.
)
- Geef het nummer in
- Druk op F voor bevestigen (
Verwerken )
De F toets wordt gebruikt om te bevestigen, gtebruik een willekeurige andere toets om te annuleren.
De getallen van de code op dezelfde manier ingegeven worden als bij de tekst. (Zie §10)
Onder 1 staan de DTMF cijfers, dit is te herkennen aan de streep boven het getal en onder 2 staan 5-toon piepjes volgens de ZVEI-norm. M.b.v. de draaiknop moet het gewenste cijfer boven de cursor geplaatst worden.